Meer dan 600 plekken op het ijzige continent kunnen de beste locaties zijn om nog veel meer ruimterotsen te vinden
De jacht op meteorieten heeft misschien net nieuwe aanwijzingen opgeleverd. Er is een krachtig nieuw algoritme voor machine learning geïdentificeerd meer dan 600 hotspots op Antarctica waar wetenschappers waarschijnlijk een overvloed aan gevallen buitenaardse rotsen zullen vinden, rapporteren onderzoekers op 26 januari in wetenschappelijke vooruitgang.
Antarctica is niet noodzakelijk de nummer 1 landingsplaats voor meteorieten, stukjes buitenaards gesteente die een venster bieden op de geboorte en evolutie van het zonnestelsel. Eerdere schattingen suggereren dat meer meteorieten waarschijnlijk dichter bij de evenaar landen (SN: 5/29/20). Maar het zuidelijke continent is nog steeds de beste plek om ze te vinden, zegt Veronica Tollenaar, een glacioloog aan de Université libre de Bruxelles in België. Niet alleen zijn de donkere vlekken aan het oppervlak duidelijk zichtbaar tegen de witte achtergrond, maar eigenaardigheden van de stroming van de ijskap kunnen ook meteorieten concentreren in “strandingzones”.
Het probleem is dat er tot nu toe door geluk strandingszones voor meteorieten zijn gevonden. Satellieten helpen, maar door de beelden bladeren is tijdrovend en veldverkenning is kostbaar. Dus trainden Tollenaar en haar collega’s computers om deze zones sneller te vinden.
Dergelijke strandingszones ontstaan wanneer de langzame kruip van de ijskap over het land een berg of verborgen stijging in de grond tegenkomt. Die barrière verschuift de stroom naar boven en draagt alle ingebedde ruimterotsen naar het oppervlak.
Door een machine learning-algoritme te combineren met gegevens over de snelheid en dikte van het ijs, oppervlaktetemperaturen, de vorm van het gesteente en bekende strandingszones, creëerden Tollenaar en collega’s een kaart van 613 mogelijke meteoriethotspots, waaronder enkele in de buurt van bestaande Antarctische onderzoeksstations.
Tot nu toe zijn er ongeveer 45.000 meteorieten uit het ijs geplukt. Maar dat is een fractie van de 300.000 stukjes ruimtesteen die naar schatting ergens op het oppervlak van het continent liggen.
Het team moet de kaart nog op de grond testen; een COVID-19-uitbraak op het Belgische station in december stopte de plannen om het tijdens het veldseizoen 2021-2022 te proberen. Volgend jaar gaat hij het weer proberen. Ondertussen maakt het team deze gegevens vrij toegankelijk aan andere onderzoekers, in de hoop dat zij ook de jacht zullen overnemen.