Wetenschappers hebben een voorheen onbekend mechanisme ontdekt voor het uiteenvallen van grote bergen
Het was de kloof die rond de wereld werd bekeken.
In juli 2017, na weken van anticipatie, splitste een enorme ijsberg ter grootte van Delaware zich van het Antarctisch Schiereiland (SN: 7/12/17). Satellietbeelden laten zien dat de verweesde ijsberg, bekend als A68, uiteindelijk uiteenviel in de Zuidelijke Oceaan. Nu zeggen onderzoekers dat ze de krachtige krachten hebben samengevoegd die tot die definitieve breuk hebben geleid.
Poolwetenschapper Alex Huth van Princeton University en collega’s combineerden observaties van de drift van de ijsberg met simulaties van oceaanstromingen en windstress. IJsberg A68a, het grootste overgebleven stuk van de oorspronkelijke berg, werd gevangen in een getouwtrek van oceaanstromingen, en de spanning van die tegengestelde krachten trok waarschijnlijk de ijsberg uit elkaarmeldt het team 19 oktober in wetenschappelijke vooruitgang.
Na de scheiding van de A68 van de Larsen C-ijsplaat hadden onderzoekers vragen – zoals welke wezens op de zeebodem leven in de donkere schaduw van het ijs (SN: 2/8/19). Wat de ijsberg zelf betreft, het duurde een tijdje om in beweging te komen en bleef ongeveer een jaar in de buurt hangen (SN: 23-7-18). Satellietbeelden laten zien dat de berg in december 2020 duidelijk wat actie had gezien en slechts tweederde van zijn oorspronkelijke grootte was.
De nieuwe simulaties suggereren hoe A68a waarschijnlijk aan zijn lot is gekomen. Op 20 december 2020 dreef de lange, slanke “vinger” aan het ene uiteinde van de ijsberg af in een sterke, snel bewegende stroming. De rest van het ijs bleef buiten de stroming. De spanning scheurde de berg, en de vinger scheurde af en brak binnen een paar dagen uit elkaar.
Schuifspanning is een voorheen onbekend mechanisme voor het uiteenvallen van grote ijsbergen en wordt niet weergegeven in klimaatsimulaties, zegt het team. In de Zuidelijke Oceaan kan het smelten van massieve bergen een grote bron van koud zoet water voor het oceaanoppervlak zijn. Dat kan op zijn beurt een grote impact hebben op de oceaancirculatie en het mondiale klimaat.